Jan Ferdinand Ris
Grafvak:
38
geboren: 15 juni 1918 in Alkmaar
overleden: 8 maart 1945 in Amsterdam, 26 jaar oud
burg. staat: ongehuwd
beroep: radiotelegrafist bij de PTT in Amsterdam
geloof: geen
vindplaats: gedenksteen 3
Eens sprak hij: voor vrijheid heb ik mijn leven over
Achtergrond
Jan Ris was in april 1939 als korporaal gemobiliseerd. Tijdens de oorlog werkte hij als radiotelegrafist 1e klasse bij Amsterdam-Radio.
Verzetsactiviteiten
Ris was in Alkmaar, waar zijn vader woonde, betrokken bij de vervaardiging van het sinds juli 1943 verschijnende illegale nieuwsblad Robu. Deze naam was een samentrekking van Rose Bulletin, naar de kleur van het gebruikte papier.
In de loop van 1944 sloot Ris zich aan bij de Ordedienst (OD), een illegale organisatie die voor een deel was ontstaan in militaire kringen, en werd lid van de knokploeg 4710. In september 1944 ging hij over naar gewest Noord-Holland-Noord van de Binnenlandse Strijdkrachten. Hij werd groepscommandant van de 4e sectie/1e compagnie Stoottroepen in district Alkmaar.
Ris nam deel aan overvallen op zwarthandelaren en wapentransporten. Tevens gaf hij wapeninstructie en was betrokken bij het observeren van Duitse troepenbewegingen, ‘foute’ personen en bewegingen rond het Huis van Bewaring in Alkmaar.
Arrestatie en moord
In de nacht van 18 op 19 februari 1945 werd Ris in Alkmaar gearresteerd als gevolg van de arrestatie van een andere verzetsman. Na verhoor werd hij overgebracht naar het Huis van Bewaring in Alkmaar en later naar dat in Amsterdam en op de lijst van Todeskandidaten gezet, die in aanmerking kwamen voor fusillering bij represailles.
Op 8 maart werd hij als represaille voor de - overigens onbedoelde - aanslag op de Höhere SS- und Polizeiführer in Nederland Rauter met 52 andere mannen bij de Amsteldijk gefusilleerd. Hun lichamen werden op bevel van de bezetter provisorisch begraven in de duinen bij Overveen.